Friesland laat meeste herstel zien, Groningen het minste.
Rotterdam, 4 oktober 2010 – Het aantal faillissementen is in het derde kwartaal van 2010 met 20 procent afgenomen ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. De afname van het aantal faillissementen is het grootst in de provincie Friesland en het kleinst in de provincies Groningen en Zeeland. Dit blijkt uit onderzoek naar faillissementen in het Nederlandse bedrijfsleven door Dun & Bradstreet.
In het derde kwartaal van 2010 gingen in totaal 1557 bedrijven over de kop, vorig jaar waren dit nog 1938 bedrijven. De sterkste afname van het aantal faillissementen is te zien in de sector landbouw en visserij (-36 procent), transport (-26 procent) en in de retail (-26 procent). In groothandel (-2 procent) was de afname minimaal. Ook de bouwsector liet een kleinere daling zien (-10 procent). Sabine Besselink, marketingmanager bij Dun & Bradstreet: “Voor het tweede kwartaal op rij is er een significante daling te zien van het aantal faillissementen en kunnen we spreken van een daadwerkelijk herstel. Het aantal bedrijven dat bankroet gaat, ligt beduidend lager dan in 2009, maar tegelijkertijd nog ruim boven het niveau van 2008, voor de economische crisis.”
Verschil tussen Nederlandse provincies
In alle provincies in Nederland is het aantal faillissementen afgenomen in het derde kwartaal van 2010. Toch zit er een aanzienlijk verschil in de ontwikkeling van het aantal bedrijven dat over de kop ging in de verschillende provincies. Terwijl de provincies Friesland (-48 procent) en Utrecht (-38 procent) het erg goed deden, bleven Groningen en Zeeland achter met een afname van slechts 2 procent in beide provincies. Hieronder volgt een overzicht van de ontwikkeling in het derde kwartaal van alle provincies:
Afname faillissementen per provincie:
Friesland (-48 procent)
Utrecht (-38 procent)
Overijssel (-31 procent)
Drenthe (-28 procent)
Gelderland (-25 procent)
Limburg (-23 procent)
Zuid-Holland (-21 procent)
Noord-Brabant (-12 procent)
Flevoland (-10 procent)
Noord-Holland (-4 procent)
Zeeland (-2 procent)
Groningen (-2 procent)